Walhalla

COLUMN

Een creatieve tafelschikking

Door Norman Schreiner (1962)

Vier oktober is het Werelddierendag. Toevallig viert die dag het feestvarken zijn verjaardag. Hij laat een groots diner aanrichten voor vele genode gasten. Allemaal te plaatsen aan één grote ovale tafel.

Het probleem bij dit soort diners is vaak de tafelschikking. Wie al of niet naast wie? Het feestvarken gaat alvast puzzelen. Allereerst: wie zou - rechts van hemzelf - zijn tafeldame moeten zijn? Daar hoeft hij niet lang over te denken. Dat wordt de melkkoe. Niet onverstandig. Het diner zal immers wel een lieve duit gaan kosten. Aan de andere zijde, rechts van de melkkoe wil hij beslist niet de slimme vogel plaatsen, want het feestvarken wil de melkkoe om begrijpelijke reden voor zichzelf houden. Beter lijkt hem daar de domme gans te positioneren. En wie dan rechts van de domme gans? Weet je wat? Daar zet hij de snotaap, aangezien hun tafelconversatie vermoedelijk sowieso niet een hoog-intellectueel gehalte zal bereiken. Naast de snotaap hoort logischerwijs het hobbelpaard. Geeft afleiding voor de snotaap. En naast het hobbelpaard? Daar mag de dementerende grijze duif zetelen. Die vindt het altijd wel leuk om de jeugd zo bezig te zien. O wee, en wie dan naast de grijze duif? Wellicht de wc-eend. Altijd handig om die in de buurt te hebben, mocht de grijze duif incontinent ongemak ervaren. Vervolgens plaatst hij naast de wc-eend de kale kip, want ga je ver terug in de evolutie, dan zijn zij tenslotte taxonomisch verwant. Maar nu even oppassen. Naast de kale kip vooral niet de sloddervos te laten zitten. Deze onberekenbare snuiter zou eens in de verleiding kunnen komen de kale kip als primaire prooi te zien, in plaats van het geboden copieuze feestmaal. Nee, beter lijkt het de vreemde snoeshaan en de huismus daar te plaatsen. De slimme vogel mag daar dan ook bij, zodat al deze vogelachtigen geclusterd naast elkaar vrolijk kunnen kwetteren over eieren. Logisch is om naast de huismus vervolgens de kamerolifant te installeren. Allebei verknocht aan hun woning annex internieur. Komen niet graag buiten. Maar naast de kamerolifant vooral niet de uithuizige kroegtijger neerplanten. Nee, daar gaan twee zakenlieden zitten: de bezige bij en het werkpaard. Allebei actief in de vastgoedhandel. En natuurlijk interessant voor een evaluatie van het woongenot van de huismus en de kamerolifant. Naast het werkpaard worden de pechvogel en de kroegtijger gestationeerd, zodat de kroegtijger moralistisch kan verkondigen dat je zakelijke pech niet moet wegdrinken in het café.

Uiteindelijk is hij de ovale tafel rond en belandt bij zichzelf, het feestvarken. Maar wie wil hij dan aan de andere zijde, links van hem? Even opletten, nu is de sloddervos nog geen plek gegund. Logisch is de sloddervos dan maar naast het feestvierende varken te plaatsen. Want zowel de sloddervos als het feestvarken nemen het niet zo nauw met beschaafde properheid en hygiëne.

En dan ten slotte de luistervink? Die zetelt apart, stilletjes in een hoekje. Die mag het allemaal aanhoren en optekenen.

                                                                              -o-