Markante Verhalen

Interview met Stephan Poelsma (1990)

V.l.n.r. Willem-Frederik Metzelaar (1987) en Stephan Poelsma (1990)

Interview met Stephan Poelsma (RSC 1990) “Voor niets gaat de zon op”
Hoe jarenlange onbezoldigde, kennisinhoudelijke arbeid tot resultaten leidt.

Door Willem-Frederik Metzelaar (1987)

Het is midden jaren ’90 als de internetbubbel zich aan het volpompen is. De nieuwste economische hausse is zich aan het opbouwen; de .com-bubbel. World Online wordt opgericht, miljoenenbedrijven schieten als paddenstoelen uit de grond. Het is ook de start van Vereniging Hermes online. Hoe begon dat eigenlijk? Gelukkig hoeven wij niet ver te zoeken, want een van de grondleggers zit in het bestuur van Vereniging Walhalla. Terug van weggeweest, zoals ze zeggen. Of nooit weggeweest?

E-mail was eigenlijk nog helemaal niet gangbaar. Op kantoren was de eerste postronde, de thee- en koffieronde met bijbehorende koffiejuffrouwen, de tweede postronde, allemaal nog heel gewoon. Telefoons waren vast op het bureau. De secretaresses als tussenwacht voor het hoger management en directie. Maar Stephan Poelsma maakte de eerste ‘batch e-mailverzendingen’ al aan. Reden? Simpel: de vrijdagmiddagborrel voor de jaarclub. Boodschap: “Clubborrel, 17:00 uur op de sociëteit”. De clubborrel werd daar gehouden omdat daar ook de traditionele oud-ledenborrel was.

Yahoo kwam ook op in diezelfde periode. Ze hadden een soort Facebook-achtige applicatie. Er konden nieuwsbrieven mee gemaakt worden. En zo kwam het dat er meer en meer leden en oud-leden op de verzendlijst van deze nieuwsbrief kwamen. En de clubborrel langzaam maar zeker uitgroeide tot een van de meest succesvolle borrelmiddagen die wij ooit gekend hebben. De locatie werd ‘De Tuin’ van Hendrik van der Wyck (1984). Er stonden op sommige dagen rond de 200 man aan het bier en de tuinen.

Dit ging niet geheel onopgemerkt. Philip van Dok (1958), toen bestuurder Vereniging Hermes en secretaris van het Erasmus Trustfonds, trok Stephan aan zijn jasje met de vraag: “Wat is dat eigenlijk wat je aan het doen bent? Kunnen wij niet samenwerken want ik wil de Hermeskringen actiever krijgen?” En zo ontstond onder leiding van Stephan de eerste digitale nieuwsbriefredactie met Bram Boertjes (1992), Rudolf Rijgersberg (1990), Huub Sparnaay (1990), Eelco Wynia (1996) en de ondersteuning van twee studenten: Erik-Jan de Koning (2000) en Jan-Jaap Driessen (2000). De naam van de borrel-nieuwsbrief "Leuke Corporale Teksten voor de vrijdagmiddag" veranderde in "het RSCBvo".

Ook was er – weer eens – een crisis op de sociëteit. En het Vereniging Hermesbestuur vergaderde daarover. Misschien zat er wel een mooi verhaal in voor in de nieuwsbrief, dus Stephan ging een kijkje nemen. Jasper van Ouwerkerk (1987) zat in het bestuur en wilde eruit. En zo kwam het dat Stephan werd gevraagd om Jasper op te volgen en zich vervolgens te richten op de oud-ledenadministratie, communicatie, activiteiten en digitalisering. De eerste ‘decenniafeesten’ werden georganiseerd: het Jaren-90-feest, waar toentertijd 500+ man op afkwamen. Opgeroepen via … internet.

Maar voor Stephan bleef het daar niet bij. Hij had inmiddels gezien en ervaren hoe heel snel community's gebouwd konden worden. Op de Erasmus Universiteit was er ook veel behoefte om over .com-gerelateerde zaken te praten. Er werden daarom etentjes georganiseerd met studenten, hoogleraren en mensen uit het bedrijfsleven. Zo ontstond er een kennissysteem dat langzaam maar zeker een vaste structuur begon te krijgen zoals de PhDClub met prof. dr. Pjotr Hesseling en dr. Norman Schreiner (1962). En kwamen stimulansen van de vertegenwoordiger van het Erasmus Trustfonds Philip van Dok (1958) en de voorzitter van de Erasmus Alumni Vereniging Herman Kleuver (1960). Deze laatste heeft een eigen stoel in Bierhandel De Pijp: nummer 1! Ook Van Dok (1958) heeft een eigen stoel. Wij zullen hen gedenken en een bier op hen drinken!

Dit groepje, Pieter van Aken (1990), Geert Rooijackers (1988) en twee studenten Roderick Cremers (1995) en Olaf Lawerman (1995), stond samen met Stephan Poelsma als initiator, IT-kennishouder en enabler aan de start van wat de New Knowledge Club zou gaan heten. Iedere maand kwam het kennisnetwerk bij elkaar op de universiteit. En waren er iedere bijeenkomst rond de 50 aanwezigen. Handig voor de hooggeleerden om hun kennis op het gebied van het internet bij te spijkeren. Maar ook hier de bekende ‘halers’. Vaak consultants die kwamen luisteren. Op enig moment kwam er zelfs - via via - een dure offerte van een high end consultant terug bij de New Knowledge Club met als onderwerp een van de eerder behandelde thema’s.

De onderwerpen waar wij nu middenin staan kwamen toen als ideeën ter tafel, zoals: “Waterstof als opvolgende energiedrager van fossiele brandstof, iets nieuws?” werd toen besproken en er werd geprobeerd projecten te starten. Het in de la verdwenen project om van Curaçao de eerste 100% waterstofeconomie ter wereld te maken bijvoorbeeld. Maar ook thema's zoals cybersecurity, digitalisering van het onderwijs, duurzaamheid, mobiliteit, ruimte reizen, data-analyse, privacy, IOT, crypto's, flexwerken, ouderenzorg en personalised medicine. Hoe zou dat gaan?

Al met al heeft de New Knowledge Club 15 jaar bestaan, heeft jong en oud met elkaar verbonden over één as: onbaatzuchtige kennisuitwisseling. Het kenmerk was dat geen enkele activiteit binnen de New Knowledge Club een commercieel karakter had. Hierdoor ontstond en cultuur van vertrouwen en werd er op hoog niveau kennis gedeeld. Vele bijeenkomsten werden door Stephan uit eigen zak betaald. Vanwege het niet-commerciële karakter ontstond er ook een verbinding met het Bataafsch Genootschap. Dit is een Rotterdams genootschap en het één na oudste wetenschappelijk genootschap van Nederland, met inmiddels een 250-jarige geschiedenis. Het gedachtegoed van de New Knowledge Club is ondergebracht bij dit genootschap.

Even terzijde, maar typerend voor de man: Stephan heeft voor het Bataafsch Genootschap de ‘Jong-Bataven’ opgericht, om ook daar de noodzakelijke verjonging in te zetten. Zoals hij dat ook voor de Nieuwe en Litéraire Sociëteit De Witte in Den Haag heeft gedaan met het oprichten van de Jongeren Commissie en Kandidaten Kring. Beiden een succes. Wederom gewoon omdat (hij) het kan.

Door te blijven experimenteren met de mogelijkheden die het internet bood, ontstond ook de grootste academische LinkedIn-groep van die tijd: de Erasmus Universiteit LinkedIn-groep. Zo’n 25.000 leden, alumni van de EUR, en groeiend. En bovendien enkele snelgroeiende subgroepen. Omdat het te groot werd en voor hem persoonlijk geen toegevoegde waarde had, heeft Stephan deze groep op een gegeven moment cadeau gedaan aan de Erasmus Universiteit. Eigenlijk naar aanleiding van de vraag van een van de managers van de Erasmus Universiteit of hij “voor een fles wijn” die groep wilde overdoen. Over halen gesproken. Wel heel leuk om te zien is dat de alumni-directeuren van de verschillende faculteiten er zelf actief mee aan de slag zijn gegaan en nog steeds zijn.

In de tussentijd zat Vereniging Hermes ook niet stil. Na jarenlange stilstand werd onder nieuw voorzitterschap van Bertil Schuil (1961) de ledenadministratie uit de ‘Excel’-cultuur naar de nieuwe tijd getrokken. Er werd een nieuw systeem aangeschaft waarin op een professionele manier de administratie bijgehouden kon worden. Ook hier staat Stephan aan de basis als initiator en enabler.

Wat dreef hem in die tijd om in de avonduren, als de kinderen naar bed waren en naast zijn drukke baan als commercieel manager en ondernemer, de ledenadministratie bij te werken op basis van alle onbestelbare brieven? Of om meerdere keren een nieuw softwaresysteem te implementeren voor de oud-ledenvereniging? Of het organiseren van een groot aantal bijeenkomsten, feesten en borrels? Aan leeftijdgenoten is het nauwelijks uit te leggen. Aan jongeren al helemaal niet. Iedereen lijkt vooral bezig met zijn eigen zaken, wat allemaal belangrijker lijkt dan het collectief. Waar het Stephan om gaat, is het vastleggen van de oud-ledenstructuren in IT-systemen, kennis onderling deelbaar te maken en bovenal mensen met elkaar te verbinden op inhoud en plezier. Of om te zorgen dat niet weer hele Excel-lijsten met honderden persoonsgebonden data van de pc van het ene oud-lid naar het andere oud-lid verzonden worden.

Misschien is het wel dat eerste echte grote oud-ledenfeest ‘Container City’ tijdens het Lustrum van 2004? Waar meer dan 1.200 oud-leden op afkwamen en velen van ons met hun jaarclub bleven eten op het feestterrein. Daar werd opeens duidelijk waar al die jaren, vaak eenzame arbeid, toe geleid had. En typisch Poelsma: hij liet de credits voor dat feest weer voor 100 procent bij anderen liggen.

Wat is zijn laatste wapenfeit? Op basis van een grote enquête, uitgevoerd door een aantal masterstudenten, Maud Franke (2016), Rombout van Gent (2016), Leon de Groot (2016) en Aylin Arslan (2017), is de maandelijkse nieuwsbrief van Vereniging Walhalla ontwikkeld en is een nieuwe website met ledenadministratie, ticketservice en financiële administratie ingevoerd. Dit heeft in één jaar tijd geleid tot een verdubbeling van het aantal betalende leden. Drijvende kracht achter dit alles ….

Het wordt weleens tijd dat dit bekend wordt.


De Oorsprong van het Io Vivat
16nov

De Oorsprong van het Io Vivat

Uit de Oude Doos… Achtergronden van het Io vivat en het Gaudeamus igitur Deel I: Io vivat. Door Maxime Kaplan (1972) Op de website van...

Het Corpsdiner – een lange traditie
16okt

Het Corpsdiner – een lange traditie

Door Norman Schreiner (1962)   Na de oprichting van het Rotterdamsch Studenten Corps op 11 december 1913 ontstaat de traditie om ter...

Reacties

Log in om de reacties te lezen en te plaatsen